Het gangbare racecrankstel met zijn grote molen van 53 en binnenblad van 39 krijgt steeds meer concurrentie van het compacte crankstel, met een buitenblad van 50 of minder en een binnenblad van 34 of 36. Een welkome zaak, mijns inziens, en heus niet alleen voor beginners of voor mensen die niet zonder tripel konden. Ik zie naast veel voordelen slechts één nadeel. Hier komen de voordelen:
> lichter gewicht dan tripel + kortere trapas dus groter energierendement
> door kleinere kettingbladen en spider meer stijfheid en minder slingeren
> met een 50 zitten die 13 of 12 er niet alleen maar voor de sier
> mensen die nog met een cassette van 8 rijden hoeven geen grote sprongen meer te maken om naar een 26 of 27 te kunnen gaan, maar komen toe met binnenkransjes van pakweg 18, 20 en 23 (34 x 23 is klein genoeg voor de Ventoux).
Het enige nadeel? 16 tandjes omlaag schakelen is wel eens te veel van het goede, zodat je achteraan weer verplicht bent een of twee tandjes bij te steken. En tja, waar voormalige tripelrijders van wakker zouden kunnen liggen is dat hun lange derailleur er enigszins voor spek en bonen bijhangt. Daar staat tegenover dat je van nu af niet meer als broekie wordt uitgelachen door de wielervrienden.
Het hoeft geen fortuinen te kosten om over te gaan naar een compact. Een nieuw crankstel dus (je steekcirkel is nu 110 mm), ketting iets inkorten, voorderailleur iets lager zetten. Had je vroeger een tripel linkerversteller, dan stel je die gewoon in op een overgang minder. Met andere woorden: als je toch toe was aan de vervanging van bracket en/of crankstel, waag de sprong...
woensdag 23 mei 2007
dinsdag 15 mei 2007
Klopt 't, van die nieuwe trapaslagers?
Wie ermee begon weet ik niet meer, Shimano of FSA... de nieuwsoortige trapassen waarbij de lagers aan de buitenkant van het brackethuis komen en de rechtercrank uitloopt in een haarfijn in het industrielager passende holle as, waarop de linkercrank met twee inbusboutjes vastzit. Dit in tegenstelling tot traditionele brackets, waar de kogellagers binnen in het brackethuis liggen, en de cranks in een (vierkante of gekartelde) massieve trapas worden geschroefd.
Het klinkt mooi in theorie, het lager aan de buitenkant, waar immers de grootste duwkracht opgevangen moet worden, maar werkt het ook?
Ik heb er inmiddels een paar in gebruik (de R700 compact en de LX, allebei van Shimano) en voor één keer de is de marketingbuzz helemaal terecht. Het trapstel voelt stijver aan, zowel bij het klimmen recht op de trappers als bij het accelereren. In het algemeen lijkt de krachtoverbrenging directer. Speling blijft, zelfs na jaren gebruik, bij mij compleet achterwege. Kortom een regelrechte voltreffer, die ik iedereen die op zoek is naar een serieuze upgrade kan aanraden.
Als je het niet van mij wilt aannemen: Campagnolo introduceert het systeem onder de naam UTS (Ultra Torque System), met een lichte variatie in de bevestiging van de linkercrank. Nog meer aanbeveling nodig?
Het klinkt mooi in theorie, het lager aan de buitenkant, waar immers de grootste duwkracht opgevangen moet worden, maar werkt het ook?
Ik heb er inmiddels een paar in gebruik (de R700 compact en de LX, allebei van Shimano) en voor één keer de is de marketingbuzz helemaal terecht. Het trapstel voelt stijver aan, zowel bij het klimmen recht op de trappers als bij het accelereren. In het algemeen lijkt de krachtoverbrenging directer. Speling blijft, zelfs na jaren gebruik, bij mij compleet achterwege. Kortom een regelrechte voltreffer, die ik iedereen die op zoek is naar een serieuze upgrade kan aanraden.
Als je het niet van mij wilt aannemen: Campagnolo introduceert het systeem onder de naam UTS (Ultra Torque System), met een lichte variatie in de bevestiging van de linkercrank. Nog meer aanbeveling nodig?
donderdag 10 mei 2007
Tips & Tests
Deze stories heten Fiets Tips & Tests omdat ik hier met de regelmaat van de klok bestaande of nieuwe fietssystemen, -onderdelen en -locaties tegen het licht zal houden. Zoals
> fietsen in Brussel
> de supermarktfiets (niet doen!)
> Hollowtech II, Mega Exo, UTS (de moeite waard?)
> waarom het loont handgemaakte wielen te gebruiken
> Sealskinz (zijn ze echt waterdicht?)
> welke verlichting voor welk gebruik
> compact crankstel
> Tubus bagagedragers
> het zweethemd...
Enzovoort. Ik test voor ik verkoop....
Uw reacties, of eigen ervaringen met het materiaal, zijn van harte welkom.
> fietsen in Brussel
> de supermarktfiets (niet doen!)
> Hollowtech II, Mega Exo, UTS (de moeite waard?)
> waarom het loont handgemaakte wielen te gebruiken
> Sealskinz (zijn ze echt waterdicht?)
> welke verlichting voor welk gebruik
> compact crankstel
> Tubus bagagedragers
> het zweethemd...
Enzovoort. Ik test voor ik verkoop....
Uw reacties, of eigen ervaringen met het materiaal, zijn van harte welkom.
zaterdag 5 mei 2007
Supermarktfiets? Nee dank u.
Geen enkele fietsenmaker zal fietsen repareren die uit de supermarkt komen. Ook ik niet. Om twee redenen.
Eén. Fietsenmakers zijn vaklieden, begaan met de kwaliteit van hun fietsen en met de veiligheid van de berijder. Zij controleren een nieuwe fiets grondig voor hij de straat opgaat en doen na een tijdje een gratis check-up.
Het is dan ook niet erg tactvol om met een fiets (of onderdelen), die je voor een appel en een ei in een supermarkt zonder naverkoopdienst - of bij Van Eyck - gekocht hebt, naar een vakman te stappen. Dat is zoiets als met een diepvriesschotel naar een restaurant gaan en vragen of de kok het voor je op wil warmen.
En twee: fietsen uit de supermarkt gaan makkelijk kapot, maar zijn moeilijk of niet te repareren. Onderdelen zijn obscuur of allang uit de circulatie. Het metaal van de frames en de componenten is te zacht om er een bout in vast te krijgen (cranks zijn een mooi voorbeeld). Resultaat: gerammel, roest, remmen die niet werken, rochelende versnellingen. Je koopt een fiets die je na een jaartje weg kunt gooien. Geen fietsenmaker die ervan wakker ligt.
Eén. Fietsenmakers zijn vaklieden, begaan met de kwaliteit van hun fietsen en met de veiligheid van de berijder. Zij controleren een nieuwe fiets grondig voor hij de straat opgaat en doen na een tijdje een gratis check-up.
Het is dan ook niet erg tactvol om met een fiets (of onderdelen), die je voor een appel en een ei in een supermarkt zonder naverkoopdienst - of bij Van Eyck - gekocht hebt, naar een vakman te stappen. Dat is zoiets als met een diepvriesschotel naar een restaurant gaan en vragen of de kok het voor je op wil warmen.
En twee: fietsen uit de supermarkt gaan makkelijk kapot, maar zijn moeilijk of niet te repareren. Onderdelen zijn obscuur of allang uit de circulatie. Het metaal van de frames en de componenten is te zacht om er een bout in vast te krijgen (cranks zijn een mooi voorbeeld). Resultaat: gerammel, roest, remmen die niet werken, rochelende versnellingen. Je koopt een fiets die je na een jaartje weg kunt gooien. Geen fietsenmaker die ervan wakker ligt.
vrijdag 4 mei 2007
Wat is de ideale fiets voor Brussel?
De juiste fiets voor Brussel is een fiets die speciaal voor u gemaakt wordt. Dus geen doorsnee heren- of damesfiets, geen mountainbike en ook geen racefiets - dat laatste zeg ik met pijn in het hart. De eerste vallen af vanwege het reliëf en het wegdek, terrein- en racefiets bieden te weinig mogelijkheden voor bagagedrager en spatborden.
Het formaat wielen (28 of 26") zou ik laten afhangen van je lengte. 26" wielen (mountainbikeformaat zeg maar) maken de fiets enigszins wendbaarder in de drukke straten. Tot een lengte van 1.80 m zou ik zeker gaan voor 26".
Voor die wielen kun je een veelheid van banden kopen. Dikte en profiel bepalen de snedigheid en de hoeveelheid vering (ik veer liever op mijn frame, mijn wielen en mijn banden dan op allerlei extra kwetsbare, onderhoud vereisende, trapenergie opslorpende en zwaarwegende veertoestanden).
Vandaar ook mijn voorkeur voor het goede oude stalen frame (veert beter, resoneert minder en is steviger dan aluminium, natuurlijk iets zwaarder). Zelfs in de racewereld is staal nog altijd niet uitgereden!
Au fond is het gewicht van het frame minder belangrijk dan het gewicht van de draaiende delen (wielen en aandrijving). Investeer daarom allereerst in lichte en lichtlopende wielen - uiteraard handgemaakt en aangepast aan je gewicht door de fietsenmaker.
Wat heb je nog meer nodig? Veel versnellingen, met het oog op de hellingen, en om altijd in de juiste cadans met zo gunstig mogelijk rendement te rijden. Uiteraard kun je op een maatfiets precies bepalen welk stuur en zadel je het beste passen.
Al het overige is optioneel en kan altijd later toegevoegd worden: spatborden, bagagedrager, verlichting. Wie niet vaak bij donker rijdt, kan batterijlampjes gebruiken als dat toch eens moet - dat gewicht ben je overdag weer kwijt. Wie wel vaak 's nachts rijdt, installere een naafdynamo: betrouwbaar, ecologisch, zonder uitstekende delen. Hoe langer je traject, hoe meer je mag uitgeven voor een lichte loop van die dynamo.
Het leuke van deze fiets-voor-Brussel is dat hij (door zijn stevigheid en draagvermogen) in een moeite door ook gebruikt kan worden om mee op fietsreis te gaan.
Waar vind je zo'n fiets? Nergens kant-en-klaar. Daarom stel ik voor: laat mij je fiets voor Brussel à la carte maken, uitgaande van een frame in je lievelingskleur, en met niks dan onderdelen die geknipt zijn voor jou. Voor een meerkost van 150 à 200 euro, rijd je op een volledig gepersonaliseerde fiets. En kun je kiezen of je de spaaknippels liever in het paars of het rood hebt. Of... toch maar in het zwart?
Het formaat wielen (28 of 26") zou ik laten afhangen van je lengte. 26" wielen (mountainbikeformaat zeg maar) maken de fiets enigszins wendbaarder in de drukke straten. Tot een lengte van 1.80 m zou ik zeker gaan voor 26".
Voor die wielen kun je een veelheid van banden kopen. Dikte en profiel bepalen de snedigheid en de hoeveelheid vering (ik veer liever op mijn frame, mijn wielen en mijn banden dan op allerlei extra kwetsbare, onderhoud vereisende, trapenergie opslorpende en zwaarwegende veertoestanden).
Vandaar ook mijn voorkeur voor het goede oude stalen frame (veert beter, resoneert minder en is steviger dan aluminium, natuurlijk iets zwaarder). Zelfs in de racewereld is staal nog altijd niet uitgereden!
Au fond is het gewicht van het frame minder belangrijk dan het gewicht van de draaiende delen (wielen en aandrijving). Investeer daarom allereerst in lichte en lichtlopende wielen - uiteraard handgemaakt en aangepast aan je gewicht door de fietsenmaker.
Wat heb je nog meer nodig? Veel versnellingen, met het oog op de hellingen, en om altijd in de juiste cadans met zo gunstig mogelijk rendement te rijden. Uiteraard kun je op een maatfiets precies bepalen welk stuur en zadel je het beste passen.
Al het overige is optioneel en kan altijd later toegevoegd worden: spatborden, bagagedrager, verlichting. Wie niet vaak bij donker rijdt, kan batterijlampjes gebruiken als dat toch eens moet - dat gewicht ben je overdag weer kwijt. Wie wel vaak 's nachts rijdt, installere een naafdynamo: betrouwbaar, ecologisch, zonder uitstekende delen. Hoe langer je traject, hoe meer je mag uitgeven voor een lichte loop van die dynamo.
Het leuke van deze fiets-voor-Brussel is dat hij (door zijn stevigheid en draagvermogen) in een moeite door ook gebruikt kan worden om mee op fietsreis te gaan.
Waar vind je zo'n fiets? Nergens kant-en-klaar. Daarom stel ik voor: laat mij je fiets voor Brussel à la carte maken, uitgaande van een frame in je lievelingskleur, en met niks dan onderdelen die geknipt zijn voor jou. Voor een meerkost van 150 à 200 euro, rijd je op een volledig gepersonaliseerde fiets. En kun je kiezen of je de spaaknippels liever in het paars of het rood hebt. Of... toch maar in het zwart?
Fietsen door Brussel
Ja, het is niet helemaal zonder gevaar, en ook niet altijd een pretje, fietsen door de Brusselse straten. Het is dan ook zaak goed uitgerust aan de start te verschijnen. Met een degelijke, op de Brusselse valkuilen berekende fiets.
Aan welke voorwaarden moet zo'n fiets voldoen?
Die worden gestuurd door de niveauverschillen en het wegdek. Er zijn veel, vaak nijdige hellingen (denk aan de Kunstberg), waarvan vooral de snelle afdalingen temidden van het drukke autoverkeer levensbedreigend zijn als je geen stabiele fiets en goede remmen hebt. Het wegdek is zacht gezegd zeer wisselend, met veel tramsporen, verhogingen en andere bulten en af en toe een heerlijk streepje kassei. Rijd maar eens door de o zo prestigieuze flessenhals van de Louizalaan en je voelt je op een BMX-parcours.
Zie ook het bericht "Wat is de ideale fiets voor Brussel?"
Aan welke voorwaarden moet zo'n fiets voldoen?
Die worden gestuurd door de niveauverschillen en het wegdek. Er zijn veel, vaak nijdige hellingen (denk aan de Kunstberg), waarvan vooral de snelle afdalingen temidden van het drukke autoverkeer levensbedreigend zijn als je geen stabiele fiets en goede remmen hebt. Het wegdek is zacht gezegd zeer wisselend, met veel tramsporen, verhogingen en andere bulten en af en toe een heerlijk streepje kassei. Rijd maar eens door de o zo prestigieuze flessenhals van de Louizalaan en je voelt je op een BMX-parcours.
Zie ook het bericht "Wat is de ideale fiets voor Brussel?"
Abonneren op:
Posts (Atom)